André van Duin: Biografie - Helden
Een Leven Lang Theater André van Duin:
- Homepage Eenlevenlangtheater André van Duin
- Biografie
- Repertoire
- Video
- Audio
- Volgens André van Duin
- Volgens anderen
- Colofon
Helden van André van Duin
André van Duin is ontzettend trouw aan de mensen om hem heen, en zij aan hem. Managers Theo Rekkers, Huug Kok en later Ilonka Kröner, producent Joop van den Ende, regisseur Guus Verstraete jr., platenproducer Bert Schouten, collega's Frans van Dusschoten, Corrie van Gorp en Ferry de Groot, met hen allemaal heeft Van Duin decennia lang samengewerkt, en met sommigen bestaat die samenwerking nog altijd. Met hen is hij artistiek opgegroeid. Stuk voor stuk zijn ze op verschillende manieren belangrijk voor hem geweest. Hieronder vertelt Van Duin, middels de vele interviews die hij in de loop van zijn carrière heeft gegeven, over wat sommige van deze mensen voor hem betekenen.
Als grote komische voorbeelden mogen Stan Laurel en Tommy Cooper niet ontbreken.
Over producent Joop van den Ende:
"Ik ken hem al van de tijd dat hij nog feestneuzen verkocht. We zijn maatjes. Trouwens, ik zou niet weten wie een betere producent en manager voor mij is. Hij is succesvol, hè. En hij heeft uitstraling. Nog altijd als ik in het theater sta en ik weet dat Joop in de zaal zit, denk ik: Oh, Joop is er, ik moet nou extra mijn best doen. Hoe dat komt, weet ik ook niet. Het is niet te verklaren, net zo min als ik precies weet waarom men mij al zo lang zo leuk vindt. Het heeft ook geen zin om daarover na te denken." (VK, 7 november 1989)
"Een insprirerende olifant die door roeien en ruiten gaat. Hij kan van het ene moment omslaan van vriend in vijand als hij vindt dat je een schop onder je reet verdient. (..) Joop en ik zijn samen opgeklommen." (Het Parool, 5 juni 2004)
"Nee zegt hij beslist, Van den Ende is niet zijn 'vader' in 'het vak'. We kennen elkaar wel heel lang. Sinds mijn begintijd, toen hij nog een theaterbureautje had in Zaandam en feestavonden organiseerde. Artistiek en als adviseur heeft hij altijd wel een grote vinger in de pap gehad. Met Joop heb ik alles gedaan: film, tv, theater, musical. Alleen radio niet." (Vrij Nederland, 19 juni 2004)
Over managers Theo Rekkers en Huug Kok (De Spelbrekers):
"Mijn vaderfiguur was Theo Rekkers, mijn manager. Samen met Huug Kok vormde hij De Spelbrekers. Bekend van 'Kleine kokette Katinka'. Theo heeft vanaf mijn zeventiende al mijn zaken gedaan. Toen ik Nieuwe Oogst won, heb ik hem gebeld omdat ik overal gevraagd werd om op te treden en geen idee had hoeveel geld ik moest vragen en hoe je zaken regelde. Ik kende die twee al, ze woonden niet ver bij mij vandaan. Theo heeft alles voor me uitgezocht en toen ik steeds meer werk kreeg, is hij mijn zakelijke man geworden. Hij kende iedereen in het vak, alle theaterbureaus, kon met iedereen overweg. Samen hebben Theo en Huug zich altijd ingezet voor het welzijn van André van Duin. Tegen een vergoeding waar managers van nu niet eens voor uit hun bed komen. Ze leven allebei nog, Theo en Huug, maar mijn zaken zijn nu in handen van Ilonka Kröner. Die ken ik ook al heel lang. Zij is altijd regie-assistente geweest bij mijn Tros-shows." (Vrij Nederland, 19 juni 2004)
"Ik laat al veertien jaar al die zaken over aan De Spelbrekers, Theo Rekkers en Huug Kok zijn voor duizend procent betrouwbare mensen. Ik verwijs alles naar hen. Op die manier kan ik zelf de aardige jongen blijven. Als zij nee zeggen, kan ik er ook niks aan doen. Zij bepalen mijn produkties, zij regelen mijn financiën, zij kennen mijn agenda." (Het Vrije Volk, 28 februari 1978)
Over komiek Stan Laurel:
"Ik ben de grootste fan allertijden van Laurel en Hardy. Mijn huis is er vol van. Foto's boeken, films, beeldjes en wat al niet meer. Van hen bewonder ik het enorme vakmanschap. Zij wisten precies wat ze deden ... prima! Het was een volstrekt uniek duo." (Promotiefolder platenmaatschappij CNR)
"Ook als ik nu oude scènetjes van mezelf terugzie, zie ik dat ik onbewust gebaartjes van Stan Laurel overgenomen heb. Ik voelde me nooit Oliver Hardy, hoewel ik ze als duo erg bewonder. Het zijn twee komieken en dat zie je niet zoveel. Meestal heb je een aangever en een komiek. Bij Laurel en Hardy is dat niet. Ze lossen elkaar af. Dan is de een de super-domme, dan weer de andere. (...) Ik bewonder vooral en meer dan wie ook, Stan Laurel, omdat hij bovendien de verhaaltjes schreef en de regie deed. En hij heeft een fantastische uitstraling. Het is een feest om te kijken, hoe hij met kleine dingetjes, met heel weinig, zoveel kan doen" (onbekende krant uit 1989)
Over komiek Tommy Cooper:
"Tommy Cooper vind ik erg leuk, die neem ik altijd op op video en die bewaar ik maanden en maanden: ik vind gewoon die houding van die man met dat pak aan, dat helemaal niet zit en dan heen en weer lopen en dingetjes doen en laten vallen en verder niet meer afmaken en zo; het zou ook een groenteboer kunnen zijn, z'n pak zit niet, z'n haar zit niet, het is eigenlijk allemaal niks, en dat vind ik vreselijk leuk juist." (HP, 19-10-5 1975)